Tango
In de beginjaren werd de tango ook wel milonga of tango criolla genoemd. Het was de dansmuziek in de arme voorsteden van Buenos Aires. Vanaf circa 1915, na de introductie van de bandoneon, werd deze muziek trager gespeeld en ontstond de goed dansbare tango zoals we die nu nog kennen. Het is een dans waarin de nauwe verbinding tussen de partners het belangrijkste kenmerk is. Het lopen speelt een belangrijke rol. Vanuit dat lopen (de 'corte') worden dansfiguren uitgevoerd die - afhankelijk van de muziek en de vaardigheid van de dansers - uiteenlopende vormen kunnen aannemen.
In de loop van de jaren ontstonden er verschillende stijlen. Deels hangt dat samen met de muziek die kon varieren van zeer stevig en ritmisch tot meer lyrisch. Vanaf 1995 kreeg ook de moderne muziek invloed op de tango, met inbegrip van de elektronische muziek nieuwe instrumenten en ontstonden varianten als de neotango.
Daarnaast zijn er verschillende danshoudingen en stijlen, van gesloten, zoals de milonguero-stijl, tot open of half open. Iedere danser heeft daarin zijn eigen voorkeuren.
Zie voorbeelden onder aan pagina.